Dat veel biologische groenten eten goed is voor je gezondheid, betekent wellicht weinig nieuws. Maar wist je dat het ook de gezondheid van onze planeet ten goede komt? In dit artikel neem ik de vier factoren onder de loep met de grootste impact op ons milieu, namelijk: waterverspilling en -vervuiling, het broeikaseffect, ontbossing en het verlies van biodiversiteit. Allemaal kommer en kwel, denk je? Helemaal niet, want van dit verhaal valt wel degelijk iets positiefs te maken. Biologische groenten helpen namelijk om alle vier die boosdoeners een toontje lager te doen zingen!
1. Watertekort en -vervuiling
Watertekort
Het eerste grote groentenvoordeel is dat je om groenten te telen veel minder water nodig hebt dan om bijvoorbeeld vlees op tafel te kunnen toveren. Om je een idee te geven: voor de productie van een grote appel (150 g) of een portie aardappelen of groenten bij het avondeten (200 g) is ongeveer 40 liter water nodig. Voor de productie van een kleine biefstuk (200 g) maar liefst 3.960 liter – bijna honderd keer zoveel dus.
‘Wat dan met eiwitten’, hoor ik je denken. ‘Die hebben we toch ook nodig.’ Klopt! Maar eiwitten kan je evengoed halen uit onder meer tofu, tempeh, noten en peulvruchten. En voor een kilogram eiwitten uit kikkererwten is tien keer minder water nodig dan voor een kilogram eiwitten uit rundsvlees.
Conclusie: plantaardige voeding heeft een veel kleinere watervoetafdruk dan dierlijke voeding en belast het milieu dus een pak minder op dit vlak.
Watervervuiling
Een van de grootste vervuilers binnen de voedingssector is de veeteelt. Onze veestapel produceert bijvoorbeeld ontzettend veel mest. Mest bevat nitraten die deels in de lucht (in de vorm van ammoniak, lees: fijn stof) en deels in het grond- en oppervlaktewater terechtkomen. De kwaliteit van het drink- en zwemwater komt hierdoor in het gedrang, maar ook de visbestanden en dus de biodiversiteit onder water. Vervuild water valt natuurlijk te reinigen, maar dat gebeurt met chemicaliën die op hun beurt weer belastend zijn voor het milieu.
2. Broeikaseffect
Het broeikaseffect heeft jammer genoeg geen introductie meer nodig. Maar terwijl er veel aandacht gaat naar koolstofdioxide (CO2) als ‘het beruchte broeikasgas’, is methaan maar liefst 28 keer schadelijker dan CO2 en distikstofmonoxide, ook lachgas genoemd, zelfs 265 keer schadelijker.
Hoe die broeikasgassen in de atmosfeer terechtkomen? Door het gebruik van niet-duurzame energie (bijvoorbeeld fossiele brandstoffen als aardgas, aardolie en kolen), de veeteelt (dieren scheiden enorme hoeveelheden koolstofdioxide, methaan én distikstofmonoxide uit) en transport (transportmiddelen jagen ook CO2, methaan en andere broeikasgassen de lucht in).
Hoe zich dit vertaalt naar voeding? Het is belangrijk …
- dat we meer groenten eten dan vlees (groenten scheiden geen gassen uit),
- dat producenten gebruik maken van duurzame energie (denk aan zonnepanelen, maar ook aan zongerijpte tomaten en fruit),
- dat ze kiezen voor een zo efficiënt mogelijk transport
- en het allerbelangrijkste: dat ze het hele productieproces onder de loep nemen. Van alle broeikasgassen komt 11 procent door het vervoer en maar liefst 83 procent door keuzes tijdens de productie, zoals het gebruik van kunstmest en pesticiden, maar ook verwarming, koeling en verpakking.
3. Ontbossing
De CO₂ die in de atmosfeer aanwezig is, wordt voor een deel omgezet in O₂ (zuurstof) dankzij bossen (en dan vooral het tropisch regenwoud) en oceanen. Dat boskap nefast is voor ons milieu, is duidelijk: wanneer we bossen kappen, kunnen die geen CO2 meer opnemen en komt dit broeikasgas vrij. Waarom we in hemelsnaam al die bomen omgooien? De grootste ontbossing vindt plaats in het Amazonewoud … waar volop soja wordt geteeld voor veevoeder.
4. Verlies van biodiversiteit
“Biodiversiteit” staat voor iets prachtigs, namelijk: de enorme verscheidenheid aan leven op onze aardbol – van microscopisch kleine algen tot reusachtige walvissen, leeuwen én de mens – maar ook hun genen en de ecosystemen waarin ze leven. De ontbossing zorgt er rechtstreeks voor dat verschillende dieren- en plantensoorten hun woonplaats verliezen. Onrechtstreeks zijn ook de watervervuiling, de verzuring van de oceanen en bodem, de vermesting van de bodem en de klimaatopwarming zelf nefast voor de biodiversiteit.
(Meer) vegetarisch eten: deel van de oplossing!
We zitten in een vicieuze cirkel die we dringend moeten doorbreken als we onze voedselproductie en onze planeet willen beschermen. Gelukkig kan iedereen zijn steentje bijdragen door bijvoorbeeld te kiezen voor hoofdzakelijk plantaardige, biologisch geteelde voeding.
Met meer biologisch geteelde groenten doe je niet alleen je lichaam een plezier, maar:
- zeg je nee tegen watervervuiling, want bio mag geen kunstmest en pesticiden gebruiken. Bovendien doe je als vegetariër geen of veel minder nitraat uit mest in het water belanden.
- zorg je ervoor dat er minder water gebruikt wordt voor jouw hoofdzakelijk plantaardige voeding.
- zorg je ervoor dat er minder mest verspreid wordt, en er dus enerzijds minder ammoniak (fijn stof) in de lucht terechtkomt en anderzijds de bodem minder verzuurt.
- stoot je minder broeikasgassen uit.
- help je meer bossen overeind houden.
- zet je mee de rem op het verlies van biodiversiteit.
Er is genoeg voor iedereen
Er is wel degelijk genoeg voeding voor de hele wereldbevolking. Als we met z’n allen meer groenten gaan eten en minder vlees en zuivel, kan de biologische landbouw elke mond voeden. De industriële landbouw zal theoretisch gezien een iets hogere opbrengst halen, maar alleen als je de ‘onmisbare diensten’ negeert die de biologische landbouw aan het ecosysteem levert. Denk bijvoorbeeld aan de bodem beschermen, water besparen, biodiversiteit bevorderen en geen schadelijke producten gebruiken. Zo kan de biologische landbouw onze gezondheid én onze voedselproductie ook in de toekomst veiligstellen.
Op naar de biowinkel voor biologische groenten en fruit? En voor een potje just. (boordevol biologische groenten) uiteraard ?.